Ethiopië: winter van één nacht

Donderdag 22.11.2012 – 12u03: We mogen door naar de Ethiopische kant van de grens. Daar moeten we naar het customskantoor dat er allesbehalve officieel uitziet. Onze auto wordt zowel binnen als buiten grondig gecontroleerd. De man doet even moeilijk wanneer hij onze videocamera vindt omdat we deze vergaten te vermelden op het aangifteformulier van geïmporteerde goederen, maar nadat hij aan elke jerrycan op ons roofrack heeft geroken om te verifiëren of er wel degelijk gewoon diesel in zit, mogen we even later dan toch Ethiopië binnenrijden. Meteen valt het ons op dat er héél veel volk op straat loopt. En ook het landschap verandert al snel van dor en vlak naar groen en bergachtig. Dat kan maar één ding betekenen: we zijn in Ethiopië!

Donderdag 22.11.2012 – 15u27: We zien een bord naar Tim & Kim’s village. Dat klinkt behoorlijk Nederlands. We checken ons roadbook en het blijkt inderdaad om een een camping & guesthouse te gaan van een Nederlands koppel. Er zijn 2 opties: een scenic route over gravel of een snellere weg over asfalt. We kiezen voor de scenic route en het blijkt inderdaad een hele prachtige weg te zijn langs velden en kleine dorpjes. Ten velde wordt er overal graan geoogst. 17 km voor Gorgora komen we in een dorpje waar we plots achter Jhonny & Lizzy (het Schots koppel) rijden. We komen er ook 2 Canadezen tegen. Ze zijn te voet onderweg naar Tim & Kim’s Village en vragen een lift. Geen probleem, instappen maar. Aangekomen op de camping installeren we ons met zicht op het meer.

Vrijdag 23.11.2012 – 13u38: Na alweer een geweldig mooie rit komen we aan in Gondor. We parkeren de auto op de binnenkoer van een guesthouse, waar we in de tent kunnen slapen. De rest van de namiddag maken we een planning op voor onze reis door Ethiopië. Wanneer we ’s avonds iets willen gaan eten, duikt er plots een Vlaming op in onze guesthouse. 12.000km na ons vertrek is Geert de eerste Belg die we tegenkomen! We beslissen samen iets te gaan eten in een lokaal restaurantje. Maar er is vandaag geen vlees te krijgen in het restaurantje, want het is vrijdag en dan vasten de Ethiopiërs. Terug in de guesthouse is het opmerkelijk koud, dus we zetten snel de tent op en kruipen erin.

Zaterdag 24.11.2012 – 10u02: Rijdend richting Debark, komen we halverwege Casper & Chloé opnieuw tegen. We bespreken samen wanneer we elkaar kunnen terugzien en hoe we samen door Zuid-Ethiopië en Noord-Kenia zullen rijden. Binnen de kortste keren staan er massa's kinderen en jongeren rondom ons. Sommigen plakken echt tegen ons aan en zijn op het randje van handtastelijk: niet aangenaam. En wanneer we terug willen vertrekken, krijgen we ook nog eens enkele kwade blikken en scheldwoorden in onze richting geworpen. Blijkbaar zijn ze boos omdat ze geen pen of geld krijgen…welwel.

Zaterdag 24.11.2012 – 11u53: Aangekomen bij het hoofdkwartier van Simien Mountains National Park, krijgen we een scout toegewezen. Een man in legeruniform en voorzien van een geweer. Hij neemt plaats op de zitbank achteraan. Het is een zeer vriendelijke man, maar helaas spreekt hij geen woord Engels.
We rijden het park in en stoppen af en toe om te genieten van het adembenemende landschap. We rijden op een soort van bergplateau tussen 2600-3775meter hoogte en we kunnen tientallen kilometers ver kijken. Zéér spectaculair!

Zaterdag 24.11.2012 – 15u12: We komen  aan in Chennek, het verste én hoogste punt dat je met de wagen kan rijden. Samen met onze scout maken we een wandeling en zien we enkele reebokken. Wanneer we terug bij de auto zijn, begint het te regenen en stelt de scout voor om koffie te drinken. We worden meegenomen naar een klein huisje/hut. De vrouw des huize wast eerst de koffiebonen, roostert ze en stampt ze daarna tot fijn koffiegruis. We genieten van de heerlijke koffie terwijl buiten de regen tegen het rieten dak klettert en krijgen even later ook nog Ethiopische Injera voorgeschoteld.

Zaterdag 24.11.2012 – 18u09: Gelukkig is het gestopt met regenen wanneer het donker begint te worden. Maar we zitten hier op 3.613 meter hoogte en dus naar Afrikaanse normen ontzettend koud. We beslissen dus om in de auto te slapen. ’s Nachts koelt het af tot amper 2°C!

Zondag 25.11.2012 – 07u30: We staan vroeg op en zetten de terugrit in. Onderweg stoppen we nog een paar keer voor enkele foto’s van de bavianen en een wandeling naar een waterval.

Zondag 25.11.2012 – 11u04: We rijden het park uit en nemen afscheid van onze scout. Van daaruit rijden we naar Axum. Na enkele kilometers begint een afdaling met enkele honderden haarspeldbochten. We nemen ons roadbook erbij en komen tot de vaststelling dat deze piste in zeer slechte staat zowat 7 tot 9u in beslag neemt. We merken ook dat we de afstand verkeerd gelezen hadden op de kaart: de piste is niet 170 maar wel 245km lang.
Wat volgt is een zeer vermoeiende en zeer stoffige gravelrit met ontelbaar veel haarspeldbochten. Gelukkig waren de laatste 70km als bij verrassing recent geasfalteerd. Gecamoufleerd in een dikke laag stof komen we tegen 18u doodmoe aan in Axum.

Zondag 25.11.2012 – 18u36: We zoeken een hotel, douchen en gaan dan iets eten in het beste restaurant dat we kunnen vinden. Al bij al een zeer matige maaltijd: droge rijst met ministukjes vlees. Terug in het hotel kruipen we vroeg ons bed in, maar wat volgt is een zeer slechte nacht. Er zitten verschrikkelijk veel muggen in de kamer. Doorheen de nacht staan we verschillende keren op om een klopjacht te houden. In totaal slaan we er zo’n 15 dood en nog zoemen ze rond onze kop…

Maandag 26.11.2012 – 09u11: ’s morgens gaan we even langs de belangrijkste site van Axum, maar onze drang om toeristische hoogtepunten te bezoeken is eigenlijk een beetje over na de vermoeiende rit van gisteren. We zien van ver een paar stelae (grafzuilen) staan en dat volstaat.

Maandag 26.11.2012 – 10u27: We rijden verder over asfalt, maar het gaat bergop en bergaf en de route loopt over zeer kronkelige baantjes. Met moeite halen we een gemiddelde snelheid van 35km/u. Op de weg loopt het ook vol mensen, koeien, geiten en schapen, wat de rit zeer vermoeiend maakt.

Maandag 26.11.2012 – 17u42: Na onze slechte ervaring met het muggen-hotel gisteren, willen we maar wat graag vannacht wildkamperen, maar we vinden nergens een rustige kampeerplekje. We rijden verder door langs een prachtig meer, maar er is werkelijk geen enkele plek waar we van de hoofdweg kunnen rijden. Uiteindelijk rijden we dan maar verder door naar Korem waar we op de binnenkoer van een hotel kamperen.

Dinsdag 27.11.2012 – 08u49: We willen eerst tanken, maar het enige tankstation van het stadje blijkt niet meer in gebruik. Na wat zoeken vinden we dan toch diesel op de zwarte markt. We vragen om onze jerrycans te vullen zodat we kunnen controleren hoeveel diesel ze er precies in zwieren. Maar de diesel blijkt super vuil en er ontstaat wat discussie over de hoeveelheid. Hoewel op onze jerrycans duidelijk ‘20 L’ staat vermeld, beweert de plaatselijke dieselhandelaar dat dit jerrycans van 25 liter zijn. Niet dus. We stappen in de auto, duwen de man de correcte hoeveelheid geld in zijn handen en rijden weg.

Dinsdag 27.11.2012 – 13u17: Aangekomen in Lalibela gaan we op zoek naar een hotel waar we op de parking kunnen kamperen. We eten iets en gaan dan de wereldbekende massief uit de rotsen gehouwen kerken bezoeken. Ontzettend indrukwekkend hoe ze die kerken 700 jaar geleden volledig uit de rotsen gekapt hebben. Terug op de camping nemen we een welgekomen warme douche en eten we iets in het restaurant vooraleer we in de tent kruipen.

Woensdag 28.11.2012 – 08u53: Voor ons vertrek willen we nog water bijvullen. Wanneer Bram de kist op het dak opent, merkt hij echter dat onze waterjerrycan lekt en er 5 cm water in de kist staat. Dus: alles eruit en leegscheppen… Ook onze daktent hapert als we ze willen toeplooien. Het lijkt wel zo’n ochtend waarvan je achteraf denkt dat je beter in je bed was blijven liggen. Maar na een ietwat slechte start, zetten we onze tocht verder via een prachtige rit doorheen een glooiend landschap.

Woensdag 28.11.2012 – 16u02: Aangekomen aan Lake Hayk twijfelen we even of we op een campsite gaan staan of toch eens een wild camp in Ethiopië zullen proberen. We parkeren op een plat stukje naast een bulldozer. Wonder boven wonder komen er niet meteen kinderen aangelopen, maar we gaan er vanuit dat de plaatselijke jeugd wel snel hier zal staan zodra we onze tent beginnen op te plooien en rijden dan toch maar naar de campsite. We kunnen er onze auto vlak naast het meer parkeren. We zetten ons in onze stoelen om wat te lezen in onze roadbooks en voeren daarna nog wat herstellingen uit aan de auto. ‘s Avonds koken we en genieten van mooie zonsondergang vooraleer we onder de dons in de tent kruipen.

Donderdag  29.11.2012 – 08u06: We zetten koers richting Addis. Onderweg krijgen we van Casper & Chloé te horen dat zij net bij de Keniaanse ambassade zijn geweest en dat we daar vandaag nog moeten passeren voor 16u als we ons visum voor het weekend willen hebben… we moeten ons dus haasten! ’s Middags stoppen we niet langer dan 2 minuten om enkele broodjes te smeren die we al rijdend in de auto opeten. Maar het gehaast loont: net voor 16u komen we aan bij de Keniaanse ambassade, dus morgennamiddag mogen we onze visa voor Kenia komen ophalen. Hoera!

Donderdag  29.11.2012 – 17u34: Aangekomen bij Wim’s Hollands House (een overland guesthouse/camping van de Nederlander Wim) drinken we iets samen met Casper & Chloé die hier al sinds gisteren zijn. We ontmoeten ook Lieven en Martina, een Belgisch-Duits koppel dat per moto onderweg is naar Zuid-Afrika en Greet & Trui, een Nederlands koppel dat met een vrachtwagen rondtoert in Afrika. Altijd leuk om andere overlanders te ontmoeten!

Vrijdag 30.11.2012 – 11u02: Vandaag blijven we de hele dag in Addis. We gaan naar een verzekeringskantoor om onze Comesa Yellow Card te regelen. Dat is een autoverzekering die zowat in heel Zuidelijk Afrika geldig is. In de namiddag gaan we samen met Casper & Chloé naar de Keniaanse ambassade om onze paspoorten op te halen en passeren we langs een veel te dure supermarkt. Terug op de camping doen we een poging om onze auto op te ruimen en te kuisen. Daarna doen we even alsof we op vakantie zijn en gaan we samen met Casper & Chloé eten in een Indisch restaurant.

Zaterdag 01.12.2012 – 09u18: Vooraleer we aan onze route door Zuid-Ethiopië beginnen, willen Casper & Chloé eerst nog op zoek naar een extra reservewiel, dus zij vertrekken al en wij blijven nog wat op de camping. We hebben immers toch nog genoeg op ons to-do-lijstje staan. We bekijken onder andere de tent die niet meer goed dichtklapt en we schrijven ons dagboek bij.

Zaterdag 01.12.2012 – 13u02: We krijgen een bericht dat Casper & Chloé ondertussen een reservewiel gevonden hebben, maar dat hun achteruitkijkspiegel zonet gestolen is. Ze moeten dus op zoek naar een nieuwe spiegel.

Zaterdag 01.12.2012 – 15u10: We krijgen telefoon dat ze een tijdelijke spiegel gevonden hebben en klaar zijn om te vertrekken uit Addis. We rijden nog snel langs een tankstation en rijden de stad uit. 30 km verder ontmoeten Casper & Chloé en rijden samen door een licht heuvelachtig groen landschap, waar het ineens ook opvallend rustig is. We genieten van eindelijk nog eens wat rust en beslissen een wildcamp te proberen zoeken. Rond 17u rijden we van de weg af en vinden 300m verder achter een heuvel, een mooie en vooral een rustige wildcamp, terwijl de zon aan de horizon ondergaat. Heerlijk!

Zondag 02.12.2012 – 09u47: Vandaag rijden we langs de grote baan richting Zuid-Ethiopië. Onderweg stoppen we even in Shashemene ofte rastafari-town. Maar onze auto’s staan nog niet stil of één van de rastafari’s smijt al een volle zak “good medicine for your soul” in onze auto. We maken hem duidelijk dat we niets nodig hebben. Algauw blijkt overigens dat de rastafari-cultuur zich hier beperkt tot “yeah man, what’s up bro, how you’re doing bro, yeah yeah yeah yeah man…” Niks voor ons dus we laten het voor wat het is en rijden samen met Casper & Chloé verder.

Zondag 02.12.2012 – 12u53: Wanneer we aankomen in Awasa, gaan we op zoek naar de Adenium campsite die in ons roadbook vermeld staat. Na veel heen en weer gerij, toont ons iemand een poort waar het zou moeten zijn. Maar het blijkt een poort te zijn zonder opschrift. Na wat wachten doet er dan toch iemand de poort open en we mogen binnenrijden. De campsite blijkt al enkele jaren gesloten te zijn. Maar de Duits-Ethiopische eigenaar is hier sinds vorige week toevallig op vakantie en we mogen wat hem betreft gerust in zijn tuin kamperen.
Na een lunch schrijven we ons dagboek bij en selecteren we foto’s voor de website. Nadien helpt Bram Casper de daktent op hun bagagerek te verplaatsen, een karwei dat lastiger blijkt dan gedacht en duurt tot het pikdonker is. Na het eten kruipen we in de tent en werken daar de foto’s van Soedan af.

Maandag 03.12.2012 – 09u13: Na het ontbijt pakken we in en rijden naar Haile Resort. Dit poepchique hotel gelegen aan het meer heeft een lounge met wifi-internet. Ietwat gegeneerd ploffen we zachtjes met onze vuile kleren neer in de witte, leren zetels. Terwijl er wat verderop een vleugelpiano staat en wat klassieke muziek op de achtergrond speelt, drinken we iets alsof het de normaalste zaak is van de wereld dat we hier zijn en maken 3 uur lang gebruik van het naar Afrikaanse normen snelle internet.

Maandag 03.12.2012 – 12u46: We rijden verder naar Arba Minch. Wanneer we onderweg stoppen voor onze lunch, ontdekken we dat onze fles benzine voor het kookvuur half leeg is gelekt in de koffer. Terwijl er zich een 30tal kinderen rondom ons heeft verzameld, kuisen we alles op en rijden verder in een auto die stevig naar benzine ruikt.

Maandag 03.12.2012 – 18u24: De campsite in Arba Minch heeft een prachtig uitzicht over de 2 meren. Maar dat is dan ook meteen de enige troef die de campsite rijk is: voorts is het vooral een matige parking van een hotel met een stinkend toilet en vuile douche die bij gebrek aan alternatief als kampeersite gebruikt dient te worden door overlanders als wij die langs de Lake Turkana route richting Kenia rijden.

Dinsdag 04.12.2012 – 09u39: Na het binnenrijden van Konso zoeken we meteen het laatste tankstation op voor de duizend kilometer lange gravelweg die voor ons ligt. Iets verder stopt de asfalt. De volgende week zullen we het in het beste geval met slechte gravel- of zandwegen moeten doen.

Dinsdag 04.12.2012 – 14u12: Wanneer we onze weg vervolgen, rijden we regelmatig voorbij groepjes van traditioneel geklede mannen en vrouwen. De mannen dragen hier overigens steevast een geweer, de vrouwen zowat al de rest. De weg loopt door het droge lake Stephania en we krijgen een eerste reeks washboards te verwerken. Wanneer we stoppen om water te drinken, merkt Bram dat de bovenste 2 bouten van de achterdeur los zijn. Één van de twee bouten is zelfs al verdwenen... We zoeken gauw een reservebout in ons rommelbakje vooraan en zetten de deur terug vast. Wat verder valt ook één van de schroeven van de zonneklep aan Julie haar kant naar beneden. Al rijdend wordt de schroef terug vastgezet. Landrover style!

Dinsdag 04.12.2012 – 19u07: Net nadat de zon is ondergegaan bereiken we Turmi. We overnachten er op een campsite die volledig leeg is en lessen onze dorst in de bar. We zijn moe van de lange rit en beslissen om op onze laatste dag in Ethiopië nog eens Injera te bestellen. We kruipen vroeg in onze tent, want we willen morgen vroeg opstaan.

Woensdag 05.12.2012 – 06u04: Wanneer we om 6u opstaan, blijkt er ’s nachts een lading Chinezen aangekomen te zijn. Blijkbaar zijn ze betaald door de Chinese overheid om de mogelijkheden voor “Chinees toerisme in Ethiopië” te onderzoeken. We vetten de cardanas, gieten de jerrycan water over in de watertank, steken borgmoeren op de bouten van de achterdeur en gieten tot slot nog 20 liter diesel van onze jerrycan over in de dieseltank. Na een snelle douche en een ontbijt vertrekken we richting Omorate.

Woensdag 05.12.2012 – 11u58: Wanneer we net voor de middag aankomen in Omorate zoeken we het immigratiekantoor op. De beambte van dienst blijkt niet aanwezig te zijn, maar één van de soldaten aan de poort belt hem op. En even later verschijnt een zeer grappige man. Trots meldt hij dat zijn grenspost zeven dagen op zeven 24u per dag open is. Niet moeilijk voor een grenspost die hooguit 2 bezoekers per week moet afhandelen! De goedgemutste man stempelt met plezier onze paspoorten af en verwijst ons door naar zijn collega voor onze autopapieren. Ook daar worden onze carnets vlotjes uit gestempeld. Een half uurtje later kunnen we vertrekken. We stoppen nog even in “Omorate-centrum” om onze laatste Ethiopische Birrs op te doen en wisselen alvast wat geld in Keniaanse Shillings.

Woensdag 05.12.2012 – 12u36: Wanneer we op de gps kijken, zien we dat er twee routes zijn vanuit Omorate naar de grens. Als we voor de “grote” weg gaan, moeten we 17km terug over de weg waarvan we gekomen zijn. De alternatieve route vertrekt vanuit Omorate rechtstreeks naar het Zuiden. Samen met Casper en Chloé beslissen we om de alternatieve route te nemen. De track loopt door stoffig zand en langs ronde hutten. Ook hier lopen de locals er zeer traditioneel bij. Wanneer we even stoppen om te eten, komen er enkele kinderen en vrouwen nieuwsgierig kijken.

Woensdag 05.12.2012 – 13u11: We rijden verder en constateren enkele kilometers later dat de track op de gps dwars door een dicht begroeid gebied gaat. We kunnen er onmogelijk door en rijden dus evenwijdig met de bush op zoek naar een plaats waar we wel kunnen doorsteken. We beginnen te vrezen dat er niets anders op zit dan terug te rijden naar Omorate, maar ineens zien we een groter spoor dat min of meer in de juiste richting vertrekt. We rijden voorop op het kleine pad met links en rechts veel struiken. Na enkele kilometers komen we aan bij een droge rivierbedding. Het heeft hier duidelijk onlangs nog hevig geregend. De hevige regenval heeft de rivierbedding een meter diep gemaakt en sindsdien is hier nog geen enkele andere auto gepasseerd. We stoppen en zoeken een plaats waar de wanden minder stijl zijn en wagen een poging om de droge rivierbedding schuin door te steken. Na wat pogingen en met de versnellingsbak in differentieel lock lukt het Bram net om er uit te rijden. Nadien is Casper aan de beurt. De rivierbedding inrijden lukt zonder problemen, maar wanneer hij er terug uit probeert te spartelen, wipt zijn linker voorwiel de lucht in en even lijkt het of de wagen gaat kantelen. Casper rijdt wat achteruit en doet een tweede poging, maar zakt volledig weg in het los zand. Er zit niets anders op  dan hem eruit te trekken met onze auto. We halen het sleeplint uit de koffer en trekken hem verbazingwekkend vlot uit het losse zand.

Woensdag 05.12.2012 – 13u52: Slechts een paar honderd meter verder komen we al de volgende droge rivierbedding tegen. Deze blijkt zelfs nog dieper te zijn dan de eerste. De schoppen worden bovengehaald om de steile wanden wat af te schuinen. Na 20 minuten scheppen is Bram opnieuw als eerste aan de beurt. Julie en Casper geven hem instructies, terwijl enkele locals geanimeerd toekijken. De rivierbedding is zo smal dat het erg moeilijk is om terug omhoog te rijden. De banden slippen door en het stof waait hoog op. Bij de derde poging geraakt Bram er dan toch uit. Casper probeert het zelfde pad te volgen, maar geraakt onmogelijk de rivierbedding terug uit. Het sleeplint wordt opnieuw bovengehaald om hem eruit te trekken. Heerlijk, zo’n off-road-avontuur!
Acht kilometer en nog een reeks andere stevige rivercrossings later komen we uiteindelijk op de gravelweg die naar de grens leidt.

Woensdag 05.12.2012 – 16u47: We rijden door enkele kleine dorpjes. Aan het laatste dorpje aan de Ethiopische zijde staat een soldaat bij een touwtje dat over de weg is gespannen. We laten ons paspoort zien en de man laat het touwtje zakken. Een paar 100m verder ligt waarschijnlijk de meest vage grens van ons hele Afrika avontuur. Kenia, here we come!

Landen: 

Reactie toevoegen