Over de auto

De aankoop / De uitrusting

Vrijdag 14 oktober 2011, 16u37. Na een miezerige dag rij ik langzaam over de ring van Leuven terug naar huis. Plotseling rijdt er in de andere richting een stevig uitgebouwde, wit-rode Landrover Defender voorbij. Ik kijk snel in mijn achteruitkijkspiegel en kan nog net het logo van de stad Leuven herkennen. Een Landrover Defender van de stad? Vreemd.

Thuis aangekomen beslis ik om even na te gaan of het werkelijk om een voertuig van de stad Leuven ging. Ik zet mij achter mijn computer en laat Google Afbeeldingen zoeken naar “Landrover Defender Leuven”. Tot mijn grote verbazing krijg ik geen afbeeldingen te zien van de auto die ik een kwartier eerder voorbij zag rijden, maar wel enkele foto’s horend bij een krantenartikel dat twee jaar geleden verscheen naar aanleiding van mijn eigen reis België-Tanzania met een Landrover Defender voor onze vzw Bollé Bollé (zie www.lettheworldchangeyou.be).

Van “Google Afbeeldingen” schakel ik over naar  zoeken op “Het internet”. Het eerste zoekresultaat levert een link naar de website van de stad Leuven. Zonder nadenken klik ik op de link en een halve seconde later opent er automatisch een PDF-document getiteld “Openbare verkoop van afgeschreven stadsvoertuigen”. Halverwege het blad staat tussen een Opel Cadet en een Unimog sneeuwruimer inderdaad een Landrover Defender 300Tdi. Bouwjaar: 1996, kilometerstand: 125.000km. “Dat moet een openbare verkoop geweest zijn van lang geleden,” denk ik bij mezelf.

Mijmerend scrol ik terug omhoog en lees net onder de titel: “Bezichtigingsdagen: donderdag 13, vrijdag 14 en zaterdag 15 oktober 2011 van 8u00 tot 15u00”. Halleluja, dat is gisteren, vandaag en morgen! In een bui van complete verbazing roep ik Julie erbij. Dé ideale wagen voor onze droomreis rond Afrika wordt dit weekend openbaar verkocht. In onze eigen stad! En op de koop toe gaat het niet alleen om het beste model allertijden (300 Tdi), de wagen heeft bovendien amper 125.000 kilometer op zijn teller staan. De Defender die ik twee jaar geleden naar Tanzania reed, had er ruim 390.000km op zitten en reed nog steeds perfect… Dit is een kans uit de duizend die we niet mogen laten liggen, morgenvroeg moeten we gaan kijken!

De volgende ochtend is het bar koud. Een wit laagje rijm verraadt dat het ’s nachts voor het eerst deze herfst gevroren heeft. Het is 8u05 wanneer we onder een blauwe hemel met mager winterzonnetje het terrein van de stadsdiensten van Leuven oprijden. We parkeren onze auto en lopen in de richting van enkele mensen die wat verderop tussen enkele oude vrachtwagens en graafmachines staan. Wanneer we opmerken dat er ook een aantal brandweervoertuigen in de rij staan, slaat onze fantasie op hol: misschien is de bewuste Landrover Defender wel gebruikt geweest door de brandweer en is hij dus wit-rood met een blauw zwaailicht?! Maar niets blijkt minder waar: één rij verder staat een grasgroene Landrover Defender geparkeerd. Achter de voorruit hangt een papier met vermelding “nummer 4”. Dit is de auto waarvoor we gekomen zijn!

Benieuwd lopen we enkele toertjes rond de wagen. Behalve wat blutsen, builen, de lelijke kleur en wat afbladderende lak, ziet hij er prima uit. Het is een vijfdeurs-versie, ideaal voor een lange Afrika-reis vermits de bagageruimte achterin zo ook via de zijdeuren bereikbaar is. Op het dak staat een zwart bagagerek met een lange groene buis. Het bagagerek ziet er wat licht uit voor het dragen van een daktent, jerrycans diesel en reservemateriaal, maar misschien kunnen we het wel aanpassen en verstevigen. Vooraan is de auto voorzien van een zware winch, perfect voor het geval we zouden vastrijden op de Afrikaanse pistes. En voor de rest heeft de auto opmerkelijk weinig last van roest voor zijn leeftijd.

Iemand van het stadspersoneel heeft onze interesse opgemerkt en komt naar ons toe gewandeld. Ik vraag hem of we een testrit met de auto kunnen maken. Hij schudt ontkennend zijn hoofd. “Het is niet toegelaten om een testrit te doen, maar als je wil mag je de motor wel eens starten,” meldt hij beleefd. “De sleutel zit op het contact”. Zonder twijfelen neem ik plaats achter het stuur en draai de sleutel om. “Klik…klik…” en daarna: niets meer. “Hmmm, dat zal de koude zijn,” zegt de man met fluo-oranje werkjas. “Die auto staat hier al een paar maanden en de batterij zal de koude van vannacht niet overleefd hebben. Maar die Landrover rijdt nog prima hoor. Hij werd gebruikt door de groendienst van de stad en is altijd onderhouden geweest door ons eigen personeel in de stadsgarage.” Aangezien de motor niet start en we geen testrit mogen maken, kunnen we niet veel meer doen dan de man te geloven op zijn woord. Terwijl onze oren er bijna afvriezen, maken we nog snel enkele foto’s en rijden daarna terug naar huis.

Als we willen deelnemen aan de openbare verkoop, moeten we een schriftelijk bod doen in een dubbel gesloten omslag en deze ten laatste nu maandag gaan afgeven in het stadskantoor. Het voertuig wordt verkocht aan de hoogste bieder. Als je dus de enige bent die een bod doet op deze auto, kan je hem in principe voor zelfs voor één euro kopen. Maar je weet natuurlijk niet op voorhand óf en hoeveel andere bieders er zijn voor hetzelfde voertuig.

De rest van het weekend proberen we zoveel mogelijk referentieprijzen op internet te vinden. In België kost een tweedehands Defender met deze leeftijd (15 jaar oud) blijkbaar gemakkelijk 10.000 à 14.000 euro. Maar deze auto’s hebben dan al gemakkelijk 200 tot 300.000 kilometer gereden. Eenzelfde auto met zo weinig kilometers vinden we nergens. Maar we willen natuurlijk ook niet voor niets enkele duizenden euro’s teveel betalen in het geval er geen of weinig andere bieders zouden zijn. En bovendien zijn we niet eens 100% zeker of de auto wel degelijk nog rijdt…

Na een weekend van hard nadenken, beslissen we uiteindelijk een wel overwogen bod te doen van 8.051 euro. Voor het geval er nog iemand anders 8.000 euro zou geboden hebben, doen we er nog 51 euro bij. Zo vermijden we dat er een tweede ronde zou moeten komen waarin de hoogste twee bieders tegen elkaar worden uitgespeeld. Met een bibberend hart, gaat Julie maandagochtend de dubbele enveloppe afgeven in het stadskantoor.

De volgende twee weken horen we compleet niets van de stad Leuven: geen telefoon dat de auto voor ons is, geen brief om te melden dat het voertuig aan een andere bieder verkocht werd. Enigszins teleurgesteld gaan we er dus vanuit dat ons bod toch te laag was.  Zéér jammer, hadden we dan toch maar duizend euro meer geboden… Hunkerend naar zekerheid, plaats ik uiteindelijk een berichtje op de Facebookpagina van de stad Leuven met de vraag of er al nieuws is over deze openbare verkoop. Twaalf minuten later krijg ik telefoon van de communicatiedienst van de stad. De auto is van ons. Ik kan mijn oren niet geloven. De Landrover is van ons, driewerf hoera!

Nog eens twee weken later is ook het administratieve luik van onze aankoop achter de rug en mogen we “onze” Defender gaan afhalen. De batterijstarter van de stadsgarage wordt erbij gehaald, de motor wordt zonder probleem gestart en even later rijden we de eerste van vele duizenden kilometers die ons leven misschien wel voor goed zouden veranderen.